Overslaan en naar de inhoud gaan
  • Via dit onderzoek kijken we na of je kind lactose-intolerant is.
  • Lactose is een suiker die vaak in voedingsstoffen aanwezig is, bijvoorbeeld in melk, choco, koekjes…
  • Als je kind geen lactose verdraagt, krijg het klachten zoals:
    • Braken
    • Buikpijn
    • Diarree
    • Krampen
    • Misselijkheid
    • Opgeblazen gevoel

Voorbereiding

  • Laat je kind 48 uur voor de test geen producten met lactose meer eten of drinken.
  • De avond voor de test eet je kind bij voorkeur kip en rijst.
  • Baby’s jonger dan 1 jaar mogen tot 4 uur voor de test lactosearme zuigelingenvoeding of borstvoeding drinken.
  • Je kind moet ’s morgens nuchter zijn (vanaf 24 uur ’s nachts niet meer eten of drinken).
  • ’s Ochtends poetst je kind de tanden zonder tandpasta en drinkt nadien een glas lauw water.
  • Het onderzoek zelf kan 4 tot 5 uur duren. Breng best speelgoed, boekjes, een fopspeen en/of knuffel van je kindje mee.
  • Een eigen papfles of bekertje mag je ook meebrengen.

Verloop

  • Je kind blaast of ademt eerst nuchter in een toestel. Zo verkrijgen we een basiswaarde. Is de basiswaarde > 20, dan bekijkt de kinderarts of de test mag doorgaan.
  • Daarna drinkt je kind de lactose in een zoet drankje.
  • Dan blaast of ademt je kind meermaals in het toestel. De intolerantie stellen we vast via de waterstof in de uitgeademde lucht. Een toestel vangt de uitgeademde lucht op en bepaalt de concentratie aan waterstof.
  • Tijdens het onderzoek eet of drinkt je kind niet. Enkel plat water is toegelaten.
  • Je kind kan na het drinken van de lactose last krijgt van krampen, misselijkheid, braken en/of diarree. Meld dit zeker aan de verpleegkundige.

Nazorg

  • Stijgt de waarde met meer dan 20 boven de basiswaarde en/of ervaart je kind symptomen, dan spreken we van lactose-intolerantie.
  • Je kind krijgt dan een dieet met lactosearme voeding. De arts geeft je nodige richtlijnen.