Overslaan en naar de inhoud gaan

Bij een transthoracale punctie nemen we een stukje longweefsel voor verder onderzoek.

Voorbereiding

  • Je moet niet nuchter zijn.
  • Meld het gebruik van bloedverdunnende medicatie aan je arts.

Verloop 

  • Het onderzoek gebeurt in zittende of liggende houding, afhankelijk van de plaats van de longpunctie.
  • We verdoven de huid en het longvlies plaatselijk door een injectie met een dunne naald.
  • Op de plaats waar de afwijking te zien is, brengt de arts een naald in. Van zodra we voldoende weefsel hebben, wordt de naald verwijderd en kleven we een pleister op de punctieplaats.
  • Het onderzoek duurt 30 minuten tot 1 uur.

Nazorg

  • Na het onderzoek moet je gedurende 4 uur platliggen. Je mag wel eten en drinken.
  • We controleren je bloeddruk en pols regelmatig.
  • Waarschuw de verpleegkundige bij bloed ophoesten of benauwdheid.
  • Soms kan er via het gaatje in de long luchtlekkage optreden, waardoor een klaplong (pneumothorax) kan ontstaan. Als deze complicatie optreedt, zijn extra controles noodzakelijk. Soms brengen we onder plaatselijke verdoving een dun slangetje (drain) tussen de longbladen in om de long tot ontplooiing te zuigen. Je mag je bed verlaten als we na enkele uren een controlelongfoto hebben gemaakt.
  • De dag na het onderzoek mag je meestal weer naar huis.
  • Het onderzoek is over het algemeen weinig belastend.

Informatiebrochure